zondag 29 augustus 2010

Er even tussenuit. Deel 5: Op naar onze laatste avonturen.


Fishermans warf SF
Een ochtend, half februari, de zon komt voor de tweede maal deze dag op. Twaalf uur eerder dan dat we in Nadi op het vliegtuig zijn gestapt komen we in Los Angeles aan.

We trakteren ons zelf op een airport hotel. In de bar van het Hilton hotel maken we kennis met de openheid van de Amerikaanse zakenman. Behoorlijk direct en racistisch. Volgegoten en overgoten met ongevraagde drank en informatie vluchten we met een take-away pizza naar onze anonieme hotel suite.Voor de tweede maal deze dag nuttigen we het diner, ditmaal geheel in stijl voor de TV.

De trein naar San Francisco zit vol en we vertrekken uit LA met de Greyhound. Dit wordt een eenmalige ervaring. Het busstation ligt midden in een achterbuurt van LA. De bestrating ontbreekt en we vragen ons af waar we vanavond in SF aankomen.
"Hij is groen. O, nee hij wordt wit".
Je moet je haasten, want binnen vijf seconden veranderd het witte mannetje in een star rood mannetje. Als voetganger ben je vogelvrij voor de Amerikaanse automobilist. Steek ook niet zo maar over, daar raakt iedereen van in de war, met als gevolg een verkeerschaos.
Op zoek naar een rental komen we bij Budget uit. We betalen hier bijna net zoveel als bij al die verhuur bedrijven, die gouden auto's beloven. De kleinste en goedkoopste auto blijkt niet beschikbaar als we onze reservering komen ophalen. Bas loopt mee de parkeergarage in om te kijken of, in wat ze wel hebben, onze bagage past. Met een brede grijns komt hij terug.
"Wat een mazzel dat we licht reizen" en hij wijst naar onze twee tassen.
De verhuurder is opgelucht en geeft hem de sleutels van het parade paardje.
Hij is niet wit, hij is niet Japans, hij ruikt niet muf en is zeker niet suf. Bas wil niet meer weg uit Californie, hier wordt hij behandeld als een VIP en krijgt wat een VIP toekomt. Hij is bordeaux rood, hij is Amerikaans, hij ruikt nieuw en is behoorlijk stoer.
Langs witte bloesem van sinaasappel boomgaarden brengt hij ons naar de sneeuw van Yosemite NP en Sequoia NP. Vervolgens zoeft hij door Death Valley NP en doet het zeker niet gek op de strip van Las Vegas. Langs de zuid rim van de Grand Canyon galoppeert hij naar het wilde westen. Als een echte mustang betreedt hij Monument Valley.
Bas vertelt allang niet meer dat het een rental is als hij een compliment krijgt over 'zijn' ford mustang. Slechts eenmaal mag ik plaats nemen achter het stuur, maar samen met Bas brengt het parade paardje mij verder naar Arches NP, Bryce NP, Zion NP en Joshua Tree NP. Helaas voor Bas moet zijn vriend achterblijven op het vliegveld van LA.
Als we 's ochtends bellen voor een overnachting of 's middags de receptie van een motel binnenstappen, vragen we altijd om a good price en die krijgen we ook. In Las Vegas slapen we voor nog geen veertig dollar in het kasteel van Excalibar. Op de zuid rim van de Grand Canyon hebben we 's ochtends een kamer bemachtigd, die ver onder de normale prijs ligt. Een van de eerste dagen in de Verenigde Staten krijgen we bij McDonalds een ontbijt coupon, waardoor we de rest van onze tocht door het westen gratis ontbijten bij de Mc.

De planning is dat we van LA naar New Orleans vliegen. Van daar willen we overland naar Florida reizen. Maar op het nieuws horen we dat de toestand in en rond de stad nog steeds onveilig is na de overstromingen. We besluiten van New Orleans gelijk door te vliegen naar Miami. Ook de tijd begint te dringen. We moeten voor drie april terug vliegen naar Nederland anders verliest onze wereld ticket zijn geldigheid.
Springbreakers op de South Beach is een nieuw begrip voor ons. Normaal gesproken vindt je hier oude Cubaanse mannen met dikke sigaren en hun domino stenen. Ze zijn verdreven door de boys en girls, die hun college periode hebben afgesloten. Springbreakers, een week geleden zijn ze afgeleverd en niemand heeft ze nog opgehaald
De Ocean drive is heerlijk om aan het eind van de middag te zijn. Iedereen is weer fris aanwezig na een nachtje clubleven. In een file rijden auto's en motors rondjes. Het gaat hier om zien en gezien worden. Op een van de vele terrasjes, onder het genot van een mojito, spelen we het spel mee.
Tijdens het wachten bij een auto verhuurbedrijf op de South Beach en krijgen we een tip. Via Internet is dezelfde auto klasse bij hetzelfde bedrijf ruim vijftig procent goedkoper. Bij een internetcafé om de hoek regelen we een auto en printen onze reservering uit.
De volgende dag ligt het computer systeem van Budget plat. Het kantoor zit vol met gestrande huurders, maar wij kunnen met onze uitdraai wel geholpen worden. Even later rijden we met onze champagne kleurig chevy Miami uit.
Na ruim anderhalve maand USA hebben heel wat coolday's gehad.
Stel je voor, 's ochtends als je achter het stuur van je parade paardje stapt zeg je, "ik wil een hert zien, één is genoeg, meer hoeft niet".
Vervolgens rijd je weg uit Bryce NP, door een goudgeel veld met hier en daar wat sneeuw. En voorbij de bocht staat, in dat goudgele veld met hier en daar wat sneeuw, een heel roedel herten. Je hebt maar om één gevraagd, dat is cool! Vervolgens rijdt je verder over een sneeuwvrije weg door een prachtig sneeuw landschap. Dat is mooi! Dan zie je een bord, bizon viewing en je ziet een enorme kudde bizons die bijgevoerd wordt in de wintertijd. Dat is een coolday!
Of die dag dat ik met mijn kleine South Beach T-shirt en mijn veel te grote Miami Vice zonnebril de supermarkt binnenstap. Ik zie er echt cool uit als ik bij de kassa sta om zes blikjes budweiser, een fles chardonnay en een doos muesli repen sta.
"Can I see your ID"?
In de USA moet je, net als in Nederland, boven een bepaalde leeftijd zijn als je alcohol wilt kopen. Als ze daar aan twijfelen vragen ze naar je ID.
"Why", antwoord ik.
"You look so young".
Dat is pas een coolday!

Het is hurricane tijd en in de Everglades komen we oog in oog te staan met de ravage, die orkaan Wilma heeft aan gericht. Via de Florida Keys, Ford Meyer Beach en Orlando rijden we door Florida. Het is leuk, maar valt een beetje in de categorie Nieuw Zeeland voor ons. We vinden het behoorlijk oud bollig, op de South Beach en Key West na.
De kortingen, die we de afgelopen weken hebben bedongen, gaan in Florida niet op. Het zit hier vol met mensen, die in dit jaar getijde, de zon komen opzoeken. Gelukkig brengt de ANWB kaart een oplossing. Met de kaart van vorig jaar krijgen we bij bepaalde hotelketens een flinke korting. Bij deze ketens is het ontbijt complementair. Verder redt de kaart ons van de enigszins betaalbare maar, obscure motels.

De Daytona week is voorbij, er zijn 'maar' achttien motorrijders verongelukt. Wij komen heel terug in Miami na ons rondje Florida. New York en Washington wachten nog op ons. Over ruim een week gaan we naar huis en het is geen grap. Nee, op een april landen we in Amsterdam.

De laatste dagen in New York lopen we onze benen uit het lijf. Het is koud, maar zonnig. Een indrukwekkende, prettige stad met veel geel op straat, maar ook best wel veel groen.
In Washington genieten we van mooi weer en bloesem. De Mall met de musea en regeringsgebouwen lopen we zeker honderd keer op en neer. Het witte huis is klein, dat had ik niet verwacht.
Het lijkt niet op te kunnen. Zelfs de laatste dag hebben we nog niet het gevoel dat we naar huis gaan. Als volleerde reizigers gaan we op de laatste ochtend nog naar de Mall en halen net ons vliegtuig naar huis. En dan is het over.

Ik fiets naar huis en luister naar mijn Ipod.
"Onderweg ben ik zigeuner, onderweg ben ik een kind. Onderweg leer je vergeten, gisteren ligt ver achter u en voor morgen nog geen zorgen, onderweg is altijd nu. Onderweg ben je nomade, soepel plooiend speels van geest. Je geeft je over aan de genade, je wordt vrij en onbevreesd. Leer geduldig incasseren van tegenliggers onderweg."
"Onderweg dan ben ik veilig", zing ik mee met Willem Vermandere.
Het lijkt niet op te kunnen en dan is het ineens over. Zoveel te vertellen, maar zover weg. Letterlijk en figuurlijk. Een jaar lang bijna altijd vriendelijke gezichten en belangstelling in elk land naar onze reis. Belangstelling via onze waarbenjij.nu site en via e-mail. Het afgelopen jaar hebben we zulke mooie ontmoetingen gehad, onderweg en tijdens onze e-mail contacten met het thuisfront.
Een warm onthaal op schiphol door vrienden, familie en bijzondere collega's. Het lijkt niet op te kunnen en het blijft. Dingen, die klein lijken, maar ons leven veraangenamen en een geborgen gevoel geven.
We hebben ruimte vrees en leven nog steeds uit onze rugzak. Na twee weken gaan we naast de keuken, de badkamer en de slaapkamer ook de rest van het huis verkennen. Uit de berging halen we onze kleding te voorschijn. Alles bij elkaar is het te veel, te groot en vooral overbodig. Omschakelen naar de Nederlandse levensstijl is behoorlijk moeilijk.

"Misschien moet je emigreren ", is een vraag of misschien een suggestie.
Het zet me aan het denken. Grenzen vervagen, e-mail maakt afstanden klein. Op elk tijdstip van de dag kan je even naar huis en vind je brieven, een kattebelletje en ontboezemingen in je mail box. Ik verlang naar zoveel momenten van het afgelopen jaar.
Emigreren, dat is wel iets anders dan reizen. Dan ben je niet onderweg, dan krijg je heimwee.

´Op reis met juffrouw Jannie´©Pauline.

Lunch bij Lori's


Cool day
Mustang in Monument Valley
Ocean Drive
Ocean Drive show
Yellow NY

 NY
 Time Square  midnight


























Washington DC





















The Mall